Stroomtransducers

LEM maakt gebruik van de gesloten-lus Fluxgate technologie die het bedrijf de afgelopen jaren zelf heeft ontwikkeld en verfijnd. Dit levert een initiële offsetfout van minder dan 2 ppm op, een lineariteit in de orde van 1…10 ppm en een extreem lage thermische drift van 0,1…0,6 ppm/K. De transducers leveren meetsignalen in de vorm van een uitgangsstroom of spanning en statussignalen. Indicaties zijn of de transducer klaar is voor gebruik, of de gemeten stroom extreem hoog of laag is en of er een overbelasting optreedt. Elke toestand wordt gesignaleerd via normaal-geopende of gesloten contacten en elk van deze condities wordt ondersteund door een indicatie-LED. Aanvullende informatie met betrekking tot het toegepaste bereik van de meetkop en de status van de voedingsspanning wordt eveneens door een LED aangegeven. Modellen van 600 A en 2000 A zijn beschikbaar als programmeerbare eenheden met stroom- of spanningsuitgangen. Het bereik omvat 40…620 A in stappen van 20 A voor het model van 600 A, naast 125…2000 A in stappen van 125 A voor het model van 2000 A. De transducers hebben een lage uitgangsruis, een bandbreedte van 2…500 kHz (±3 dB) afhankelijk van het model en zijn sterk overbelastbaar (meer dan 30 kA voor de module met het grootste bereik) gedurende 100 ms. Ze worden gevoed door een netspanning van 100…240 V en werken over een temperatuurbereik van 0…55 °C voor de meetkoppen en van 10…40 °C voor de in een rek gemonteerde elektronicamodule. De transducer-meetkoppen hebben een eigen behuizing met daarin alle opnemers. De signaalverwerking en meetschakelingen in een aparte behuizing worden op afstand gemonteerd in een 19 inch rek. De reeks omvat 14 modellen, bestaande uit diverse meetkoppen met verschillende openingen met een diameter van 25,4…150,3 mm om alle stroommetingen uit te kunnen voeren.