Achtergrond
19 maart 2010

Smart Experience LAB Universiteit Twente

Een nieuwe kijk op het ontwikkelen van producten

Universiteiten zijn al vanaf het begin niet alleen onderwijsinstellingen waar studenten een behoorlijke hoeveelheid  kennis wordt bijgebracht, maar ook zijn het instellingen waar baanbrekend onderzoek verricht wordt en menig nieuw product voor het eerst het daglicht ziet. Met name om dat laatste nog meer impulsen te geven, heeft men op de Universiteit Twente een nieuw lab gebouwd – een lab met een filosofie.

Veel nieuwe producten worden in grote stilte ontwikkeld en pas als de ontwerper vindt dat het klaar is, wordt zijn werk naar buiten gebracht. Uiteraard is voor deze gang van zaken het nodige te zeggen, want roep je al in een vroeg stadium waarmee je bezig bent, dan is er een kans dat concurrenten getipt worden of dat de afdeling verkoop al iets gaat verkopen voordat het echt klaar is. Beide situaties zijn ongewenst, vandaar dat menig ontwerper pas heel laat wereldkundig wil maken waar hij mee bezig is.
Toch heeft deze gang van zaken ook een nadeel. Doordat de ontwerper alleen of in een heel klein team aan het werk is, is de kans groot dat het eindproduct wel goed is, maar nog lang niet optimaal. Vragen als hoe reageren de gebruikers op het nieuwe systeem of is het wel compleet, worden pas echt beantwoord als het product daadwerkelijk in de handel is. Ook kan het product door kokerzicht van de ontwerpers misschien niet helemaal dat zijn wat de markt vraagt. Veel beter is het om in een vroeg stadium zo veel mogelijk mensen bij de nieuwe ontwikkeling te betrekken. Liefst ook mensen met totaal andere disciplines. Op die manier wordt het ontwikkeltraject vroegtijdig bijgestuurd hetgeen de kwaliteit van het eindproduct zeker ten goede komt.

Smart Experience LAB
Bij de universiteit Twente heeft men deze problematiek herkend en erkend en heeft men onlangs een zeer speciaal laboratorium in gebruik genomen. In dit zogenaamde Smart Experience LAB kan iedereen naar hartenlust experimenten plaatsen waarbij openheid voorop staat. De ruimte is groot en open en ligt binnenkort in een doorlooproute binnen het gebouw waardoor geregeld verschillende mensen komen kijken naar de experimenten die in het lab plaats vinden. Op die manier hoopt de universiteit dat meerdere disciplines samen komen om te kijken naar de voortgang van de experimenten. Daarbij hoopt men dat door de openheid er vroegtijdig inbreng van verschillende kanten komt.
Vanuit de universiteit heeft men de volgende gedachte: Nu zie je dat de ontwerper in zijn ontwerplab volop aan het werk is en alleen zichzelf als inbreng heeft. Heeft hij een prototype, dan is vaak de volgende stap het uittesten hoe gebruikers op het ontwerp reageren. Inbreng van deze groep wordt dan vervolgens verwerk waarna men het ontwerp als klaar beschouwd. Inbreng van wetenschappers en technici uit andere disciplines is vaak niet aanwezig, tenzij de ontwerper deze er nadrukkelijk bij haalt. Met het SMART XP-lab gaat we er van uit dat de spontane inbreng van mede gebruikers en andere mensen van de universiteit veel hoger is, aldus Iddo Bante in een toelichting voor de pers.
De universiteit verwacht dat het lab door heel veel vakrichtingen gebruikt gaat worden. Daarvoor heeft men een inrichting gekozen die een grote flexibiliteit biedt. In no time is een deel van de ruimte om te bouwen tot bijvoorbeeld een woonkamer of een kantoorruimte met alle voor die ruimte noodzakelijke faciliteiten. De daarvoor benodigde infrastructuur heeft men heel slim opgelost door in de ruimte de van de podiumbouw bekende trussen te plaatsen die vol hangen met kabels, buizen en aansluitmogelijkheden. Dit trussenframe kan vervolgens als een beweegbaar plafond op elke denkbare hoogte ingesteld worden. Daarnaast heeft het lab nog een aantal kleinere ruimtes waaronder een flex-bureau die een meer voorbestemd doel hebben.

Voor het complete artikel klikt u hier