Glashelder koffiedik

Automatisch testen van koffiezetters verhoogt de nauwkeurigheid.

Handmatig testen of automatiseren, dat was voor Philips in Drachten geen vraag meer. Bij het testen van de werking van hun Senseo-koffiezetters bleek dat de nauwkeurigheid bij het handmatig testen veel hoger zou kunnen waardoor een nog beter overzicht verkregen zou worden over het werkelijke functioneren van de machines. Daqpoint bracht een systeem waarbij met name de rekenkracht in het DAQ-systeem goed van pas kwam.

Wie meetapparatuur en meetsystemen verkoopt, kan zich niet alleen beperken tot het doorschuiven van dozen. Met name bij complexe, uitgebreide DAQ-systemen verkoopt men tevens een stuk kennis om zo de klanten snel op weg te helpen bij het uitvoeren van hun metingen. Vaak merk je hiervan niet veel tenzij je daadwerkelijk een vraag neerlegt bij een firma. Zo af en toe mag je eens meekijken in de keuken, bijvoorbeeld naar een project voor de firma Philips dat de firma Daqpoint onlangs af heeft mogen sluiten. Wij mochten letterlijk koffiedik kijken waarbij glashelder naar boven kwam dat kennis vaak een belangrijker handelsproduct is.

Wat weten
Om de kwaliteit van de geproduceerde machines te bewaken, worden bij Philips geregeld machines beoordeeld op het zetten van de koffie. Uiteraard wordt hierbij gebruik gemaakt van vooraf vastgestelde normen waarin exact omschreven staat hoe de Senseo van begin tot einde een kopje koffie moet zetten.
Waar gaat het exact om? Het merendeel van de mensen kent de Senseo en weet dat na het inschakelen van het apparaat het water eerst opgewarmd moet worden. Is het water warm, dan zal de pomp starten. Na enige tijd zal er koffie met een bepaalde temperatuur uit de openingen van de pad-houder stromen. De pomp zal vervolgens een vastgestelde tijd blijven lopen en wanneer de pomp stopt, zal langzaam de stroom koffie stoppen en overgaan in een afnemende stroom druppels. Pas als de tijd tussen de druppels is afgenomen tot meer dan 3 seconden, is het proces ten einde en kunnen de kopjes onder de machine vandaan gehaald worden. Uiteraard heeft men vastgesteld hoeveel koffie er in één of twee kopjes moet zitten, waarbij in de situatie dat er twee kopjes tegelijkertijd gezet worden het onderlinge verschil tussen de hoeveelheid koffie in elk kopje niet te groot mag zijn.
Tot voor kort werden al deze parameters met de hand gemeten, waarbij het opviel dat niet iedereen die de test moest uitvoeren tot dezelfde testresultaten kwam. Voor Philips een reden om meerdere meetspecialisten naar het probleem te laten kijken. Daqpoint wist uiteindelijk op een adequate manier het probleem op te lossen. Ruud Overgaauw vertelde daar het volgende over: Doordat wij gebruik maken van de CS-7008-1, een meetsysteem uit de C-serie van IMC dat zelf over de nodige rekencapaciteiten beschikt, konden we de gemeten waarden onmiddellijk in het meetsysteem omrekenen om vervolgens de gemeten en omgerekende waarden meteen weer te gebruiken in combinatie met nieuwe meetdata. Ook waren we in staat om het totale proces te kunnen meten zonder mechanisch of elektrisch in te moeten grijpen in de Senseo. Wij hebben een testopstelling weten te maken waarin alle verschillende types Senseo-koffiezetmachines geplaatst kunnen worden waarna de test onmiddellijk gestart kan worden. Slechts bij het wisselen van model moeten er een paar mechanische aanpassingen uitgevoerd worden. Op de foto in figuur 1 is de totale meetopstelling te zien die bestaat uit de CS-7008-1, een aantal sensoren en de mechanische constructie om de sensoren op de juiste plek te krijgen.

Voor het complete artikel klikt u hier