Onderzoek - ontwikkeling en innovatie
Overheid en politiek
Kenniscoalitie bezorgd over Nederlandse kennispositie en innovatievermogen
De Kenniscoalitie is bezorgd over de positie van Nederland als kennis- en innovatieland naar aanleiding van het hoofdlijnenakkoord van PVV, VVD, NSC en BBB. De voorgenomen bezuinigingen op het Groeifonds, op het Fonds voor Onderzoek en Wetenschap en op de sectorplannen (hoger onderwijs) zijn nadelig voor onderzoek, wetenschap en innovatie en hebben gevolgen voor de publieke R&D-investeringen. ‘Als Nederland raken we verder achterop als we deze bezuinigingen op het gebied van kennis en innovatie doorvoeren,’ aldus Marcel Levi, voorzitter van de Kenniscoalitie, het samenwerkingsverband tussen ondernemers en wetenschappers.
In het hoofdlijnenakkoord valt te lezen dat het Groeifonds wordt uitgefaseerd (ronde 4 en 5 komen te vervallen), het Fonds Onderzoek en Wetenschap met 1,1 miljard euro wordt verlaagd en een korting wordt doorgevoerd van 215 miljoen euro per jaar op de sectorplannen (hoger onderwijs). Deze investeringen zijn dringend nodig voor de publieke kennisbasis en het innovatievermogen van Nederland.
Niet op koers
Het is hoopvol dat de coalitie ook spreekt van “versterking van de kenniseconomie, innovatie, en dat (digitale) infrastructuur prioriteit krijgt”. Maar dat staat haaks op enkele voorgestelde maatregelen. De coalitie wil het aantal internationale studenten sterk terugdringen en de eisen van de kennismigrantenregeling verscherpen en verhogen. Dat kan gevolgen hebben voor de beschikbaarheid van hoogopgeleid talent voor de arbeidsmarkt, en voor de Nederlandse kenniseconomie. Mogelijk zullen ook bedrijven minder investeren, waarmee de positie van Nederland juist wordt verzwakt. Structurele investeringen in onderzoek en wetenschap betalen zich ruim terug, tonen onderzoeken en rapporten keer op keer aan.
Nederland heeft zich als doel gesteld toe te werken naar een investering van 3% van het bruto binnenlands product (bbp) in onderzoek en ontwikkeling (R&D) in 2030, maar ligt niet op koers. Met de voorgenomen maatregelen raakt Nederland mogelijk nog verder van koers ten opzichte van een aantal Europese landen, dat op of zelfs boven deze norm investeert.