Extreme engineering

Delfts concept voor duurzame racewagens

Hoewel Nederland amper meespeelt in de automobielindustrie, kennen toch veel mensen in die markt de toekomstige ingenieurs van TU Delft, vanwege hun extreme engineering voor duurzamere auto’s. Racewagens wel te verstaan, want de DUT Racing, Nuon Solar en ForzeH2 teams hebben Nederland op de racewereldkaart gezet. Hier leest u hoe zij ook dit jaar weer hun grenzen weten te verleggen.

Het DUT14 team (figuur 1) vertegenwoordigt voor de 14de keer de TU-Delft bij de wereldwijde Formula Student competitie, waaraan meer dan 450 universiteiten en hogescholen deelnemen. Die competitie gaat over het ontwerpen, bouwen, testen en marketen van een formuletype raceauto, die wordt beoordeeld op ontwerp, snelheid, veiligheid, betrouwbaarheid, kosten en rijeigenschappen. Onze Delftse ingenieurs in spé behoren tot de beste ter wereld, gezien het feit dat zij al jaren op de eerste positie van de Formula Student wereldranglijst staan. Omdat kleine ontwerpverbeteringen niet tot echte innovaties leiden en gemakkelijk door andere teams te kopiëren zijn, wordt er elk jaar van schets af aan opnieuw begonnen. De druk op ons team wordt jaarlijks groter, door zowel de behaalde successen als toenemende concurrentie, vertelt teamleider de Morée. Sinds 2000 hebben wij de concurrentie al herhaaldelijk verrast met innovatieve ontwerpverbeteringen. In 2003 was de jury verbijsterd over de maar 137 kilogram wegende DUT03 versus alle concurrerende wagens, die zo’n 300 kilo wogen. Men begon bij de meting zelfs te twijfelen aan de eigen apparatuur. Dat Delftse lichtgewichtconcept is dit jaar het belangrijkste ontwerpuitgangspunt, omdat het wegschrapen van de laatste 5% aan gewicht doorslaggevend kan zijn voor de winst, aldus chief engineer van der Meijs. Het chassis van de DUT14 bestaat volledig uit koolstofvezels, waarvan wij de hoeveelheid in elke zone hebben geoptimaliseerd met de SIMULIA Abaqus software van sponsor Dassault Systèmes (figuur 2). Dat is namelijk de enige software waarmee je het gedrag en de sterkte van composietmaterialen tot op de laatste grammen kunt optimaliseren. Omdat voorgaande teams daarmee de afgelopen jaren veel ervaring hebben opgedaan, kunnen die complexe simulaties het doorslaggevende verschil opleveren. Behalve Abaqus gebruikt het DUT14 team ook de CATIA- en ENOVIA-software, die samen deel uitmaken van het Dassault Systèmes 3DEXPERIENCE-platform.

Voor het complete artikel klik hier